
Loofhuttenfeest: Twee dingen die veel mensen vergeten.
Loofhuttenfeest is een oogstfeest. Je toont je dankbaarheid aan God dat Hij voorziet in je levensbehoefte. Je wordt erbij stilgezet dat alle zegen –d.w.z. regen- van boven komt. Over dit thema worden in menig boekje over Joodse feesten heel mooie dingen gezegd.
Loofhuttenfeest is ook een profetisch feest. Ook over het thema van de profetische aspecten is al ontzettend veel nagedacht en geschreven
Maar twee dingen lijken te worden vergeten.
Zie om naar de geestelijk werkers en de armen
Het Loofhuttenfeest is een moment om de tienden van je jaaropbrengst naar de tempel te brengen. Je mag van je tienden feestvieren en eten en drinken wat je wilt. Maar God geeft ook de uitdrukkelijke opdracht om te zien naar de Levieten en de armen. De Levieten waren de geestelijk werkers van die tijd. Ze kregen van God geen eigen land en inkomen en waren afhankelijk van wat ze kregen tijdens de dienst in het heiligdom. Daarnaast waren er de armen die –al dan niet door eigen schuld- aan lager wal waren geraakt. God wil uitdrukkelijk dat de arme kant van de samenleving niet wordt vergeten in alle religieuze feestdrukte. Johannes schrijft later dat wie zelf genoeg heeft, maar zijn hart toesluit als hij ziet dat zijn broeder gebrek lijdt, de liefde van God niet blijvend in zich kan hebben. Pittige taal.
Zonder liefdadigheid kan het dus niet echt feest zijn. En met liefdadigheid wordt dan in eerste instantie de eigen gemeenschap bedoeld, niet een mooi project in Verweggistan –hoe goed het ook is om daar ook iets voor te doen. Maar als je broeder of zuster die in jouw gemeente zit het hoofd financieel niet boven water weet te houden, dan is daar je eerste verantwoording.
God heeft ook een oogst
Het tweede punt dat vaak over het hoofd wordt gezien, is dat God ook een oogst heeft. De apostel Paulus heeft dit feilloos gezien. Hij noemt Jezus de eersteling die uit de dood opstond. Hij zegt niet “de eerste”, maar “de eersteling”. De eersteling is de eerste schoof van de oogst die aan God werd aangeboden. En dat gebeurde precies op de dag dat Jezus opstond. Met Pinksteren ontstond de eerste kerk uit Joodse gelovigen en Paulus noemt hen de eerstelingen. De eerstelingen van ieders oogst moesten met Pinksteren aan God getoond worden.
Loofhuttenfeest wordt na het binnenhalen van de laatste oogst gevierd.
Jezus gebruikt regelmatig het beeld van het binnenhalen van de oogst voor het verzamelen van alle gelovigen wanneer Hij terugkomt. Dan zullen de gelovigen binnengebracht worden in het koninkrijk. Tot die tijd moeten wij bidden om arbeiders in die oogst. Sterker nog, wij worden uitgezonden om die oogst binnen te halen. Petrus weet dat God nog talmt met de terugkeer van Jezus, omdat Hij wil dat sommigen nog tot geloof komen en behouden worden. Als de oogst niet compleet is, kan er van de wederkomst geen sprake zijn.
Jezus ondernam in de tempel tijdens het Loofhuttenfeest een provocerende “evangelisatie actie”. Midden in het feestgedruis stond hij in de menigte en schreeuwde over het gezang van de mensen heen dat ze bij Hem moesten komen om de Geest te ontvangen. Hij gebruikte de water symboliek van het feest om mensen te winnen. Jezus optreden mogen we als voorbeeld nemen.
God heeft een oogst en de Zoon werkt op het feest aan het binnenhalen van die oogst. Het vieren van de Loofhuttenfeest moet daarop zijn gericht. Anders kun je het net zo goed laten.